Deze zondag hebben we ontbijt op de 25ste etage van het hotel, wat een uitzicht over Shiraz! Er zitten een paar mannen aan een ander tafeltje die net een haar inplant operatie hebben gehad, een onsmakelijk gezicht, naar buiten kijken is een betere optie. We gaan uitchecken en vertrekken met ons vaste clubje. Op de weg is het alweer druk. Als we stilstaan voor het stoplicht maakt een vrouw die naast ons staat met de auto een foto met haar mobiel van mijn. Het blijft bijzonder. Voor ons botst een auto op z’n voorganger, ze bekijken de schade en die blijkt mee te vallen want de bestuurders stappen alle twee weer in en rijden verder. We rijden zigzaggend door het verkeer dat nooit lijkt stil te staan, van alle kanten komt er wel wat. Net als in Marokko en Libië is ook hier de brommer een gewild vervoersmiddel. Boodschappen worden er mee gedaan en hij fungeert ook als taxi. 1, 2, 3, 4 ja zelfs met z’n 5e zagen we ze vandaag rijden, vader, moeder, 2 jongetjes en een baby, niets lijkt te gek. Langs de weg zoeken we even na 10 een plekje voor een kopje koffie. Dan komt Patrick erachter dat zijn ver schijners van zijn auto verdwenen zijn. Dat moet vannacht of die nacht daarvoor gebeurt zijn. Best vreemd in een land waar ze nog zeer serieuze straffen hebben voor dieven. We rijden verder via Firuzabad, Qir naar Khonj waar we wat gaan eten. Aan de voorkant van het restaurant hangt een spandoek met daarop een heerlijke hamburger. We willen wat bestellen maar de verkoper loop weg. Even later komt hij terug met een jongen die Engels spreekt en die de bestelling opneemt. In de koeling staat drinken dat op een kiwi met zaadjes lijkt, we nemen 3 flesjes en het blijkt basilicumzaad in pepermunt limonade te zijn, het smaakt heel apart. Als we na het eten naar de auto lopen komt de Engels sprekende jongen met ons mee, hij wil een foto van de auto’s maken en zegt; I never see it ever. We vervolgen onze weg via Garash naar Lar. We komen tientallen witte gebouwtjes tegen in de vorm van een iglo, het werhaal gaat dat jaren geleden in deze gebouwtjes ’s winters ijs werd op gelagen voor de zomer. Een paar keer staat er politie aan de kant maar we mogen steeds doorrijden. Ondertussen gaat de hoogtemeter naar beneden en de thermometer omhoog. Om 4 uur is het 36 graden, best warm met een panty, lange jurk met mouwen en een hoofddoek. Het is alweer donker als we in de buurt van Bandar Abbas komen. Brommers en auto rijden onverlicht, goed opletten dus. We krijgen onderhand ook trek dus wordt ons laatste stuk Klaverkaas aan gesneden dat we hebben omgedoopt tot oude Khomeini kaas. In de stad is het weer druk, druk, druk. Toch komen we ongeschonden bij hotel Hormoz aan. De hele groep zit aan de thee en we schuiven aan. De airco staat op maximaal wat even lekker is. Om 8 uur staan er 4 taxi’s voor het hotel om ons naar een restaurant te brengen. Het ziet er mooi uit en we eten buiten op het terras. De temperatuur is nu heerlijk. Het voorgerecht wordt bijna gelijk met het hoofdgerecht uitgeserveerd. De planning in de restaurants in Iran is niet van Europees niveau. Maar alles komt uiteindelijk goed en het eten is lekker. We rijden slalommend terug naar het hotel waar iedereen direct zijn kamer opzoekt.